dinsdag

De Nacht

Wat: de Nacht van de Poezie
Wie: Kopland, Nasr, Zwagerman, Enquist, Giphart, Boog e.v.a.
Waar: Stadsschouwburg Utrecht
Wanneer: afgelopen zaterdag
Waarom: "Geen dichter die niet aanmatigend is en zich niet verbeeldt dat hij de grootste dichter ter wereld is." –Cervantes

Na een avond gedragen gedichten, geslamde gedichten, gezongen gedichten, gelachen gedichten. Na een avond waarop de oude meester Kopland een staande ovatie kreeg. En ik bijna omver werd gelopen door A. Enquist. Na een avond high culture dus, kwam ik de volgende dag tot de pijnlijke ontdekking dat ik slechts een gedicht echt onthouden heb. Het voetbalgedicht van N. Dijkshoorn met de titel: je kunt maar beter eerlijk zijn.

Kut, een dochter.

Gedicht

Ik dicht mij
dicht bij
jou

zaterdag

De helft plus een

'Rechts Nederland zou zijn vinger aflikken bij het akkoord'. Was getekend: beoogd premier Rutte.
Wat een fantastisch vooruitzicht om een premier te hebben die de helft van Nederland (+1) vertegenwoordigt. Ik voel het spontaan het verlangen om Balkenende weer als premier te zien.

Maar verder was 3 september een heerlijk dag.

donderdag

Exodus

Kan het nog erger? Ja dus. Er is met de SGP gesproken over gedoogsteun. Dus is het mogelijk dat Beatrix over een paar weken op het bordes staat, geflankeerd door Rutte, Wilders, Verhagen (voor het gemak neem ik aan dat het lot van beoogde fractieleider Klink beklonken is) en Kees van der Staaij.

Als dat moment werkelijk aanbreekt, roep ik alle allochtonen (1e,2e, 3e en 4e generatie) en alle homoseksuelen op tot een exodus. Geen staking, dat is veel te slap. Gewoon de koffers pakken en vertrekken. Hand-in-hand: hoofddoeken naast tuinbroeken, snorren naast snorren. Met een glimlach, een hele grote glimlach.

Waarheen? Gewoon lopen, Lopen tot de zon komt, tot de zon ze achterhaalt. Lopen tot de zon komt. Tot ie straalt. Want in Nederland gaan we zeker nergens heen.

NB. Beste Majesteit, als u dit leest, wilt u mij een plezier doen? Kunt u tijdens de fotoshoot op het bordes een sjerp dragen in de kleuren van de regenboog en uw kapsel een keer verstoppen achter een kek hoofddoekje. En dan weglopen, met een lach, een hele grote lach.

maandag

Derksen en zonen

Het was niet echt wat je noemt een writers block. Want ik heb genoeg geschreven de laatste tijd. Maar op deze plaats wist ik even niet meer wat te zeggen. En mijn moeder zei altijd: als je niets te zeggen hebt, zeg dan niets. Zij hield zich overigens niet altijd aan haar eigen stelregel.

Ik dacht misschien iets over het WK. Maar dat is ook zo onorigineel. En bovendien zijn Derksen, Van Gelder, Genee en consorten niet te overtreffen; hoe een paar mannen tijdens een paar weken WK voetbal het eeuwenoude vooroordeel over ouwehoerende vrouwen teniet kan doen.

Misschien iets over de nieuwe hoofdredacteur van NRC Handelsblad. Maar die heeft dan weer geen enkele band met Rusland, dus met mijn Russische theorie kan ik wel inpakken. Hoewel, het is wel een Belg. Daar zijn dan wel weer genoeg grappen over te maken. Ik kan er alleen geen bedenken. Bovendien begin ik grappen meestal bij het plot. Schijnt iets vrouwelijks te zijn. Hoewel sinds Derksen en zonen…

Iets over een leuke film, of een leuk boek? Of over hoe vreselijk het woord leuk eigenlijk is?
Ik heb Ghostwriter gezien met Ewan McGregor. Niet te versmaden, McGregor dan. En de film is ook wel aardig. Verder heb ik het eerste deel van de biografie van Reve gelezen. En het laatste deel van ‘biografie’ van Evelien (Bril). Beiden zeker aardig, maar om er nu een hele blog aan te wijden?

Kan een blog eigenlijk ook gaan over waar een blog over zou kunnen gaan? Een grondige check op Google leert: ja. Bij dezen een nieuwe blog. Omdat je als blogger, zo leerde de zoektocht, wel voldoende moet schrijven om je trouwe volgers tevreden te houden: bij dezen, beiden.
Ik lees graag columns.
Bril was mijn favoriet. Sanders (VN) is mijn favoriet. Net als Campert, Witteman en Februari (de Volkskrant). Als ik Sanders en Februari heb gelezen, voel ik me altijd rijker en slimmer. Aan mensen die deze colums met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid niet lezen, citeer ik graag uit deze columns. Als ware het mijn eigen woorden. Dit feitje mag tussen ons blijven.

Witteman en Bril zijn meer ter vermaak. Het liefst lees ik hen dan ook gebundeld. In bed. En nóg liever voorlees ik hen gebundeld. In bed.

Vandaag toog ik naar De Slegte in de hoop een boekje gebundeld vermaak te scoren. Ik had daar eerder een bundeltje Carmiggelt gekocht. En Pekingeend bij Nacht van Sylvia Witteman. Op de bovenste verdieping bij de sectie journalistiek viel mijn oog op een boekje met de titel: Als je je ogen dicht hield, had het iets van glamour. Op het terras in de moeizame lentezon las ik het woord vooraf. De schrijfster verhaalt over een gebeurtenis waarin haar de toegang werd geweigerd tot een evenement omdat ze geen perskaart droeg. Om te laten zien dat zij zij was, haalde ze haar krant uit haar tas en sloeg de pagina met haar foto open 'waarop ik kijk alsof ik tegelijkertijd mijn hand verbrand en van achteren word genomen door een olifant.

Ik moest onbedaarlijk lachen en sloot Aaf Brandt Corstius in mijn hart. Zij is mijn nieuwe Martin.
En zo kunnen dingen (lees: vorige blogs) raar lopen.

Megalomaan

In mijn blog over Russische praktijken liet ik al stiekem doorschemeren niet volledig achter de keuze van de nieuwe zomergastenpresentator te staan. Ik insinueerde dat hij onder andere verkozen is, omdat hij de zoon is van (Hugo) en broer van (Aaf). Ik werd direct van enig verbaal repliek gediend. Zo werd mij verweten dat ik jaloers ben.

En ik geef toe dat ik het inderdaad prettig had gevonden, en handig, een fenomenale journalist als vader te hebben. Maar dan wel graag mijn eigen vader. En een zus als Aaf, maar dan wel in de vorm van mijn broer.

Maar het is waar dat ik geneigd ben om in discussies over de kwaliteit van de column van Aaf of over de aanstelling van Jelle het kruiwagenfenomeen altijd te benoemen. Maar dat ik vervolgens geen goed alternatief aandraag.

Tot vandaag.

In de Volkskrant las ik een interview met Antionnette Scheulderman. Wie? Ik moet je zeggen, dat dacht ik ook. Antionnette werkt als journalist bij Revu, Jan, Linda en is genomineerd voor De Luis 2009 – de prijs voor het beste interview van het jaar. Aan het uiterlijk van Antionnette zal het in ieder geval niet liggen, zo leert de foto bij het interview: zij houdt wel op beeld. Maar belangrijker: ze bekt zo lekker. En dat bedoel ik dan natuurlijk niet letterlijk.

Antoinnette Scheulderman is de meest politiek incorrecte (PI), politiek correcte (PC) journalist die ik ken. Zo leest ze natuurlijk alle landelijke dagbladen (PC). En de opinieweekbladen (PC). Luistert ze naar Kunststof Radio (PC+). En ergert ze zich enorm ‘aan megalomaan exhibitionisme op Twitter en Facebook’ (enorm PC). Maar Antionnette is dus ook behoorlijk PI: ze blijft thuis voor het tv-programma Voetbal International en ze smelt weg bij de magazines VT Wonen en 101 woonideeën. Dat laatste noemt ze Woonporno, ‘lekker gluren bij de buren’. Dat vind ik dan weer een beetje exhibitionistisch. Maar megalomaan kun je Antoinnette (lekker vind ik dat overigens, van die mensen die je meteen van jezelf mag tutoyeren – en bij voornaam mag aanspreken) niet noemen. Wel een zeer allround geïnteresseerde uitstekende interviewster met een goede kop.

Jammer alleen van dat laatste antwoord in het interview:

Wat mist u nog op de buis?
Een goede vrouwelijke interviewer. We hebben Frénk van der Linden en Wilfried de Jong, maar geen sterke interviewsters. Heel jammer. Dit is overigens geen open sollicitatie!’

Was ze maar wat meer megalomaan. Dan keek ik deze zomer naar Antionnette in plaats van Jelle.

donderdag

Een mooie dag

Ramsi Nasr, dichter des vaderlands, schreef een gedicht over de gebeurtenis op 4 mei op de Dam. Zijn gedicht is goud, zijn laatste zin platina:

Waar alles mag, is ieder vogelvrij

woensdag

Rus(tig)

Het was een opmerkelijk begin van de week. Allereerst stapte Birgit Donker, hoofdredacteur van NRC Handelsblad, en de directeur-eigenaar van NRC Media op na een discussie over wat zo mooi heet: de autonomie van de redactie. Donker vreesde voor marchandering van de kwaliteitsnorm, weer zo'n prachtige zin, maar dat terzijde.

Toen ik dit las, vroeg ik mij hardop af of het wel verstandig was om de Hollandse-Rus Sauer aan het roer van het NRC schip te zetten. Immers, in Rusland nemen ze het niet zo nauw met de autonomie en de onafhankelijkheid van de redactie. Independent Media tot aan de voordeur.

'S avonds viel ik over een tweede opmerkelijk nieuwsfeit: Jelle Brandt Corstius gaat Zomergasten presenteren. Jelle maakte het uitstekende programma van Moskou tot Magadan. En schreef vanuit Rusland stukjes over Rusland voor Trouw. Verder is hij broer van (Aaf) en zoon van (Hugo). Maar dat klinkt denigrerend, zegt M. Dat klinkt als een feit, zeg ik. Deze discussie zal ik verder in kleine kring voeren.
De aanstelling van Jelle, leidde al snel tot de wereldgrap: Met Jelle speelt de VPRO Russische Roulette. Na het relatieve debacle van vorig jaar met de onervaren televisiemaakster Van der Linden, wordt ook dit jaar een relatief onervaren televisiejournalist tot koning gekroond en in het paleis van de Nederlandse TV gezet.

Een dag later las ik dat de nieuwe uitgever van NRC Media Hans Nijenhuis heet. Wie hem niet kent, vraag ik te googlen. Ik beperk me tot het volgende saillante detail: Nijenhuis was correspondent in Moskou.

Voelt u wat ik voel?

Een Neder-Rus neemt NRC Media over, stuurt hoofdredactie en uitgever de laan uit. Stelt een voormalig Russisch correspondent aan als nieuwe uitgever. En op datzelfde moment wordt Neder-Rus Jelle Brandt Corstius gekroond tot Zomerkoning. En of er een verband is. Jelle werkte jarenlang voor Barend en van Dorp. En laat eerstgenoemde nu tegenwoordig trouwe onderdaan zijn van Sauer.
En als dat nog niet genoeg is: Dick Advocaat liet onze zuiderburen in verwarring achter om Rusland te dienen. En laten Frits en Dick nu toevallig geen onbekende van elkaar zijn.

Mijn oma zei altijd: pas op voor het gele gevaar.

Ik zeg: de Russen komen en ze hebben Sauer vast vooruit gestuurd.

Chauffeur door Bril

De man achter de ruit is onvermurwbaar: hij laat ons niet binnen, nog niet.
Buiten is het fris. De lentezon verwarmt bijna iedere middag, maar het ontbreekt haar in de ochtend nog aan kracht.

Het aantal mensen aan de andere kant van de ruit neemt gestaag toe. Een jongen met een oosters uiterlijk vraagt aan een Latino-vrouw of de man ‘in strike is’.

Naast de Latino-vrouw staat een man in een op maat gesneden pak. Hij wil het fijne weten van deze ‘strike’ en loopt naar de ruit. Hij wordt gewaarschuwd door een omstander dat zijn aanstaande poging zinloos is. Toch tikt hij tegen de ruit. De man achter de ruit kijkt op van zijn papieren. En roept iets onverstaanbaars, de deur blijft gesloten. De man in pak moppert in het Vlaams iets over service.

Van alle mensen die bij de dichte deuren van de bus staan te wachten, ken ik de meeste ruim een jaar van gezicht. Een paar dagen per week neem ik bus 49 vanaf het troosteloze station Weesp naar mijn werk. En zij ook. Maar nooit heb ik met hen gesproken. Soms hoorde ik hen telefoneren: in het Spaans, Engels, Italiaans of Japans. Het percentage mensen uit den vreemde dat iedere ochtend bus 49 neemt, is hoog. Een kennis vertelde dat een bedrijf in auto-onderdelen, gevestigd in Weesp, een zeer internationaal personeelsbestand heeft.

Ondertussen staan we nog steeds voor een dichte deur. De meeste kunnen er wel om lachen. We lachen ook naar elkaar. En vertellen elkaar in het Engels dat we niet begrijpen waarom de deur niet opengaat. De bus staat ook vandaag ruim voor vertrektijd klaar op het station. Maar dit keer moeten we dus buiten wachten tot de bus vertrekt.

De man aan de andere kant van de ruit, staart nog altijd stoïcijns naar zijn papieren. Ik vraag me af of hij een leuk leven heeft. Ik denk het niet.

Een minuut voor vertrek, gaan de deuren open. Beleefd zegt de chauffeur goedemorgen. Ik knik. De Belgische man die na mij de bus instapt, vraagt hem waarom we buiten moesten blijven wachten. Zijn antwoord is onduidelijk en de Belg neemt er geen genoegen mee. De chauffeur is echter onverbiddelijk: ‘nu doorlopen jongen’. De Belg taait af.

Als de bus het station verlaat, kijk ik naar de chauffeur in zijn achteruitkijkspiegel. Deze man, zo realiseer ik me, heeft in tien minuten iets voor elkaar gekregen wat niemand in een jaar gelukt is: alle individuen zijn een geworden. Vanaf vandaag hebben we een band.

Wat zou Martin Bril over hem geschreven hebben? Bril die de schoonheid in triestheid zag.
Ik denk dat Bril zou schrijven dat de chauffeur deze actie bewust deed, om ons een te maken. En dat hij dit vanavond vol trots tegen zijn vrouw zegt. Waarna zij, als hij eenmaal in zijn leren stoel zit, de pantoffels aan, het nieuws van gisteren in de krant leest, trots naar hem kijkt. En daarna besluit dat ze morgen een rokje aantrekt.

Het is er weer tijd voor.

donderdag

Sinterklaas

Sinterklaas bestaat, zo wist ik zeker
en Jezus liep over water.
Ajax wordt altijd kampioen
en ik hun nieuwe spits.

Ik word 150.
evenals mijn ouders.
En Harry Mulisch.

Vandaag is Vera Pauw opgestapt als bondscoach van het Nederlands vrouwenelftal. Zij die het Nederlands vrouwenvoetbal op de kaart heeft gezet, is binnen de voetbalbond op een eiland komen te staan. De (technische) voetbalontwikkeling in handen is gekomen van de marketingafdeling. Commercie is dus ook binnen de KNVB het Sanctum Sanctorum. Heiliger dan de lange termijn.

De positie van Vera Pauw binnen de KNVB leek volkomen onomstreden, maar Tussen droom en daad staan wetten in de weg, en praktische bezwaren.

Lentelust

M. noemde het een wintermezzo. Een mooi woord voor de tergend lange winter die ons land en mijzelf de afgelopen maanden plat legde. Het leek oneindig: de sneeuw, de kou, het ijs. En de gesprekken over de sneeuw, de kou en het ijs.

Vandaag schijnt de zon, overweldigend. En is de wintermezzo in mijn hoofd ten einde: koningin lente heeft koning winter verslagen. En even is niets meer erg:
Dat er ook midden in de nacht wordt gewerkt aan een nieuwe trambaan voor mijn huis. Dat het boren van de Noord/Zuidlijn de Amsterdamse binnenstad tot beneden NAP trilt. Dat politici die ik mijn stem heb gegeven, kiezen voor kind en gezin. Dat Utrecht CS al tijden niet wordt schoongemaakt.

Fluitend sta ik op na gebroken nachten. Met liefde stut ik de gevel van mijn huis. Met een glimlach en een stel skistokken bedwing ik de afvalberg op Utrecht CS op weg naar spoor 5.

Het is lente. De zon schijnt en dat is even het enige wat telt.

woensdag

Het kan verkeren

,,Fleur, jij schrijft toch?"
,,Ja.''
,,Waarom heb je dan geen blog?"
,,Ik, een blog? Ik heb geen Hyves. Twitter is voor mij hogere wiskunde. Dus een blog is niets voor mij. Daarom dus."
,,Maar daarom is geen reden, Fleur"
,,Nee, want als je van de ...."
Boem.
Daar lag ik, onderaan de trap. Een paar weken geleden, midden in de nacht. Toen mijn potentiele eigen blog vorm kreeg. Toen het kindje verwekt werd.
Dat verklaart, zullen mijn vrienden denken: Fleur zonder Twitter, Fleur zonder Hyves, maar nu dus wel een blog: die is op haar achterhoofd gevallen.
Maar dat ben ik niet.
Ik viel op mijn achterwerk.
En besloot een intern onderzoek te starten naar de mogelijkheden van een blog.
Zelfonderzoek. Een goed gesprek van vrouw tot vrouw.
De uitkomst laat zich raden.
Ik heb een blog, omdat ik graag schrijf. Ik heb een blog, omdat ik graag vertel. Maar ik heb vooral een blog, omdat ik lang van stof ben, dat zelfs mijn Moleskine af en toe begint te zuchten.
Ik heb dus een blog om mijn vrienden te ontzien. En mijn huisgenoten. En mijn partner in business: Miss Moleskine.
En niet geheel onbelangrijk: omdat ik graag besta.

Omdat laatst dus iemand tegen mij zei -in de periode van zelfonderzoek, -reflectie en gesprekken van vrouw (ik) tot vrouw (ik)- 'jij bestaat niet'. En dat is in een normale staat al confronterend, maar nu begon mijn aura zowat te lekken. De persoon in kwestie haastte zich om te zeggen 'dat ik niet op Internet besta'.

Maar dat is nu verleden tijd.
Hosanna! Het is 17 maart 201o: Ik blog, dus ik besta.
En het is geworden een meisje. Ik noem haar: 'Fleur Schrijft'